Windei?

Lege vruchtzak?

Miriam, waar héb je het over?

Een zwangerschap zorgt na 9 maanden voor een blakende baby. Dat is het idee. Maar het gaat helaas ook vaak anders. Soms stopt het kindje in wording na een paar weken of maanden met groeien. Dan heeft de moeder een miskraam. Of een stilgeboorte.

Soms gaat het nog éérder mis. Dan is het prille kindje zelfs niet te zien bij de eerste echo. In medisch jargon heet het dan een lege vruchtzak of een windei.

Die termen moeten medische professionals in hun gesprekken met ouders niet meer gebruiken. Niet in het ziekenhuis, niet in de verloskundigenpraktijk, niet in het echocentrum.

Waarom zijn dit verkeerde woorden?
Lisanne* kreeg jaren geleden bij de echo te horen dat ze een windei had. Lisanne: ‘Ik vond de benaming windei heel naar. Alsof het niets was geweest.’

En dat is precies waar het wringt. Want het is wél iets geweest. Er was een bevruchting. Er was het begin van wat tot een kind had kunnen uitgroeien. Maar het is zo vroeg gestopt met groeien dat we het – zelfs met de slimme apparatuur van vandaag – niet kunnen zien op de echo.

De situatie een windei of lege vruchtzak noemen, is ongevoelig en het klopt niet. Het is hetzelfde als zeggen dat de Maya’s ruïnes bouwden.

Als je het Mayapaleis bij Cancún bezoekt, zie je afgebrokkelde muren. Er groeit gras in de voormalige paleiszaal. Het dak is allang verdwenen. Maar zo is het niet altijd geweest: ooit was het indrukwekkend prachtig. Ook al zijn daar nu geen foto’s meer van.

Het bestond, en het was een echt paleis.

Dus, de redenen waarom je geen windei of lege vruchtzak meer gaat zeggen:

  • De termen sluiten niet aan op hoe ouders hun zwangerschap beleven.
  • Het doet geen recht aan wat er was: een zwangerschap.
  • Het helpt ouders niet om met hun verlies om te gaan. Integendeel.

Goed, maar wat moet ik dán zeggen?
Omschrijf het. Geertje*, echoscopist bij een groot echocentrum in Noord-Brabant zegt het zo: ‘De zwangerschap is helaas heel vroeg gestopt. Het kindje is niet gaan groeien. Het is zó klein gebleven dat we het zelfs niet kunnen zien op de echo. Het enige dat je hier ziet, is de vruchtzak waarin het kindje had kunnen groeien.’

Geertje vult aan: ‘Soms vragen ouders me nog: kan het niet alsnog gaan groeien? Daarom voeg ik er meestal aan toe: Je gaat een miskraam krijgen en daar gaan we je ook bij helpen. En ik geef de echofoto mee.’

Het is toch wat het is? Sorry hoor, maar om bij een lege vruchtzak te gaan praten over een kindje, dat gaat me echt te ver.
Dat is okay. In plaats van kindje kun je ook jullie prille kindje of het kindje in wording gebruiken. Of dat wat jullie kind had kunnen worden.

Je kunt het eventueel omzeilen door het bij de zwangerschap te houden. Maar dat is abstracter, daarmee sluit je minder goed aan op hoe de ouders het beleven.

Je doet het toch nooit voor iedereen goed.
Dat klopt. Maar woorden als windei of lege vruchtzak zijn zelden passend. Een vrouw voelt zich moeder zodra ze de positieve zwangerschapstest in handen heeft. Sluit op die beleving aan, ook als het vroeg in de zwangerschap misgaat. Dat is respectvol.

Kortom, een pril begin is van belang. Ook als we het niet kunnen zien. Gebruik woorden die daarbij passen

– – – – –

Je bent welkom bij de nascholing ‘Vrouwen met een miskraam goed begeleiden’. Geaccrediteerd door de KNOV, de BEN en de NVOG.

Je kunt meedoen via zoom of op locatie. De groepen lopen gauw vol, dus schrijf je meteen in.

 

Isabel* belde me. Ze is verloskundige in Friesland en volgde een paar jaar geleden mijn nascholing ‘Vrouwen met een miskraam goed begeleiden’.

‘Miriam, jij raadt toch aan om na 4 tot 6 weken nog eens te bellen met vrouwen die een miskraam hadden?’

Klopt! Dat staat trouwens ook in de richtlijn van de KNOV.

‘Ja, precies. We kregen bij je nascholing zo’n handig lijstje met 10 supervragen om te stellen. Die vragen werken ook echt super. Maar, ik vind het lastig als een vrouw helemaal niet meer bezig is met haar miskraam. Als ze zegt dat het prima met haar gaat. Dan weet ik niet hoe ik verder ga.’

Je bedoelt dat het gesprek dan een beetje stilvalt?

‘Ja, dan weet ik even niet wat ik kan zeggen. En meteen gedag zeggen kan ook niet. Kijk, ik hoef haar miskraam niet groter te maken dan het voor haar is. Ik wil haar geen drama aanpraten. Maar hoe weet ik of het écht goed gaat met haar?

Dit hoor ik van meer verloskundigen. Voor sommige vrouwen is de impact van een miskraam echt minder dan voor anderen. Anderen willen of kunnen nog niet voelen wat het echt met ze doet.

Ja! En bij ons in de regio zijn mensen heel nuchter hè.

Ha, dat hoor ik dus echt uit élke regio. Maar goed, ik help je uit de brand. Deze 3 vragen kun je stellen als het prima gaat met haar:

  • Wat heeft jou geholpen om met je verlies om te gaan?
  • Waar heb je het meest aan gehad?
  • Met wie heb je erover kunnen praten? Hoe was dat?

Oh, wat een goeie vragen. Dit is zo nuttig, dank!

Graag gedaan, Isabel!

 

Maria* is verloskundige in opleiding. ‘Bij de praktijk waar ik begin dit jaar stage liep, mocht ik die nazorg-telefoontjes doen. Ik zei dan ook wel eens: ‘Ik ben student, ik ben benieuwd wat jou het meest heeft geholpen de afgelopen maand?’ Nou, dan vertelden vrouwen echt van alles. Super-leerzaam voor mij! En omdat je vraagt naar waar ze iets aan gehad heeft, is het ook een heel constructief gesprek.’

 

‘Ik kende Jojanneke nog niet, maar ze stond op mijn dienstlijstje om te bellen, omdat ze 5 weken eerder een miskraam had gehad.’ Dit zegt Roos*, verloskundige in een groepspraktijk in Apeldoorn*. ‘Het ging prima met haar, dus ik vroeg wat door over wat haar geholpen had, met wie ze erover had kunnen praten. We kregen zo’n leuk gesprek! En toen bleek dat ze ook nog een vraag had over opnieuw zwanger worden. Daar kan ze ons natuurlijk altijd voor bellen, maar omdat ik háár nu belde, was het veel laagdrempeliger. Jojanneke is nu in haar 3e zwangerschap ook weer bij onze praktijk.’

 

– – – – –

Nog veel meer tips en suggesties krijg je in de eendaagse nascholing ‘Vrouwen met een miskraam goed begeleiden’. Geaccrediteerd door de KNOV, de BEN en de NVOG.

Leuk als je je inschrijft voor de scholing van 11 juli of 3 oktober!