In elke training die ik geef aan verloskundigen en echoscopisten komt het wel voorbij. Dat de vrouw die haar kindje verloor in het prille begin van de zwangerschap aan haar verloskundige vraagt: zal ik het wel vertellen aan mijn omgeving? Zeker als ze al vaker een miskraam heeft gekregen, lijkt de drempel steeds hoger te worden.

Wat antwoorden verloskundigen dan meestal? Natuurlijk, mag je het vertellen! Meestal helpt het om erover te praten. Laatst vulde een verloskundige dat aan: “Praat erover met je partner en met minstens één vrouw in je omgeving. Een vriendin of een zus bijvoorbeeld.” Mooie suggestie!

Het kan heel fijn zijn voor ouders om meer mensen in vertrouwen te nemen. Bijvoorbeeld om te voorkomen dat ze zich steeds verder gaan terugtrekken uit hun sociale omgeving. De steun van mensen in de omgeving kan heel waardevol zijn.

Marijke Linssen schreef het boek ‘Verborgen verlangen’ voor koppels tijdens vruchtbaarheidsbehandelingen. In dit boek las ik een mooie suggestie, die ook passend kan zijn voor stellen bij wie de zwangerschap is misgelopen.

De gouden tip voor de vrouw die één of meer miskraam heeft gehad:
Organiseer een vriendinnenavond, waarop je je beste vriendinnen gaat vertellen over je miskramen. Over wat het met je doet. En over wat je vriendinnen voor jou kunnen betekenen.

Vertel op die avond dus ook welke steun jij zou willen krijgen. Vind je het bijvoorbeeld fijn als ze geregeld bellen of appjes sturen om te vragen hoe het met je gaat? Wil je graag afspreken of juist met rust gelaten worden? Wil je dat ze het verder aan niemand vertellen?

Een persoonlijke ervaring uit het boek:
“Ik vond het heel spannend toen de avond aanbrak voor de vriendinnen-meeting. Ik begon wat zenuwachtig, maar toen ik mijn verhaal deed en ik zoveel lieve reacties en oprecht geïnteresseerde vragen kreeg, voelde ik me langzaamaan ontspannen. Het werd uiteindelijk een heel gezellige en warme avond.”

Drie aandachtspunten:

  • Natuurlijk kan je behoefte aan steun in de loop van de tijd veranderen. Laat je vriendinnen het dan ook weten.
  • Misschien beperk je het niet tot je vriendinnen. Je kunt met je partner ook een avond organiseren om het aan bevriende stellen of gezamenlijke vrienden en familie te vertellen. Dan is de steun er ook voor jullie allebei.
  • En, als je het te moeilijk vindt om er face-to-face over te vertellen, dan kun je ook een mail sturen aan de mensen die je het wilt laten weten.

Wat kun je hiermee als verloskundige?
Dit is een tip die heel waardevol kan zijn voor de ouders die je begeleidt. Omdat ze daarmee steun organiseren in hun omgeving. Dat maakt ook dat jij als hun verloskundige niet de enige bent waar ze bij terecht kunnen.

Dus merk je bijvoorbeeld in je telefonische nazorggesprek 4 tot 6 weken na de miskraam, dat ouders meer steun kunnen gebruiken? Dan kun je ze deze suggestie doen.

Wil je meer leren over hoe je ouders met een miskraam kunt begeleiden? Doe dan mee aan de KNOV- & BEN-geaccrediteerde training miskraambegeleiding, speciaal voor verloskundigen en echoscopisten. Je bent heel welkom!

Of organiseer de geaccrediteerde training voor jouw verloskundigenpraktijk, echocentrum of kring. Ik ga er graag over met je in gesprek.

© Miriam van Kreij – 2018

Dit jaar mocht ik spreken bij het congres ‘Verlies in de verloskunde’. Hoogleraar verliesverwerking Manu Keirse was er de eerste spreker. Wat is het toch heerlijk om naar hem te mogen luisteren!

Je weet misschien dat hij het voorwoord schreef voor mijn boek ‘Begeleiding van vrouwen met een miskraam’. Ik ben er heel dankbaar voor, dat hij zijn naam heeft willen verbinden aan dit boek.

Manu Keirse opende het congres ‘Verlies in de verloskunde’ met een pleidooi om het woord miskraam niet langer te gebruiken. Omdat het zo’n naar woord is, met associaties naar mislukken. En omdat het geen recht doet aan het ervaren verlies. Daar heeft hij een punt.

Manu Keirse stelde voor om voortaan te spreken over het verlies van een prille zwangerschap.

Waarom is dit nog niet ideaal?
Het verlies van een prille zwangerschap. Op zich klinkt dat al beter, natuurlijk. Maar ook dit is nog niet de perfecte oplossing. Waarom niet? Nou, ik geef je twee redenen:

  • Zwangerschapsverlies vind ik nog vrij afstandelijk en niet recht doen aan de impact die het verlies kan hebben. Daarom wil ik er iets aan toevoegen: het gaat om het verlies van een kindje in de prille zwangerschap.
  • Verder heb ik bedenkingen bij het woord pril. Want wat is pril? Kun je een zwangerschap van 10 of 12 weken nog pril noemen? En een zwangerschap van 15 weken? Pril is een subjectief begrip.

Kortom, we zijn er nog niet uit. Mogelijk dat er in de loop van de tijd een term of omschrijving komt die passender is. En tot die tijd varieer ik. Ik zal ‘miskraam’ gebruiken naast de langere omschrijving ‘verlies van een kindje in de zwangerschap, hoe pril ook’.

Waarom blijf ik ook het woord miskraam nog gebruiken?
Nou, bijvoorbeeld omdat mensen online zoeken op termen als ‘miskraam’ of ‘verwerken miskraam’. Het woord ‘miskraam’ is kort en bondig, en in de volksmond is het duidelijk dat het dan gaat om het verlies van een kindje in het begin van de zwangerschap.

Daarom blijf ik de term ‘miskraam’ ook gebruiken. Dan blijven de tips, stappenplannen en helpende ervaringsverhalen namelijk vindbaar voor zoveel mogelijk ouders, zodat ze er baat bij kunnen hebben.

Wat is mijn advies aan jou?
Varieer in de termen die je gebruikt. Gebruik gerust af en toe miskraam naast de wat langere omschrijving. (Let op: gebruik geen jargon richting ouders. En het begrip ‘missed abortion’ al helemaal niet, he.)

Om met online te beginnen: bij veel verloskundigenpraktijken heeft miskraam intussen een plek in het menu van de website, heel goed. Een kort woord in de menubalk is praktischer dan een zin als ‘verlies van je kindje in de prille zwangerschap’.

Dat geldt trouwens ook voor de naam van mijn praktijk. Miskraambegeleiding Nederland geeft duidelijk aan waar het me om gaat. En alhoewel Manu Keirse liever ziet dat ik mijn bedrijfsnaam verander in iets zónder het woord miskraam, laat dat echt nog even op zich wachten :-).

Goed, het advies is om te variëren in de termen die je gebruikt. Ook in gesprek met ouders is het respectvol om niet alleen te spreken over de miskraam, maar om het ook te benoemen als het verlies van hun kindje in de zwangerschap. Hoe pril die zwangerschap ook was. De zwangerschapstermijn maakt voor het verlies of verdriet namelijk niet uit.

Want…
Zoals Manu Keirse het zegt: ‘het verlies is niet af te meten aan het gewicht van het kindje, maar aan de verwachtingen die de ouders ervan hadden.’

Kijk, dat is dan weer prachtig gezegd!

 

Wil je meer suggesties hoe je miskramen richting ouders goed bespreekbaar kunt maken? Doe dan mee aan de geaccrediteerde training ‘Vrouwen met een miskraam goed begeleiden’.

 

© Miriam van Kreij – 2018